Zo'n 25 ondernemers bezochten op donderdag 15 juli twee biologische telers, om zo inzicht te krijgen in de spinazieteelt en de onderlinge overeenkomsten en verschillen tussen de bedrijven.
Christoffel den Herder (Ceres Horti Advice) geeft toelichting op de teelt
De twee bezochte bedrijven waren die van Eddy van Wijk (Leens) en van Jan Dirk Hekma Wierda (Den Andel). Op een biologische manier telen ze spinazie voor de Duitse afnemer Elo Frost. Namens dit bedrijf waren vertegenwoordigers aanwezig om de teelt en de afzetmogelijkheden toe te lichten. Ook Christoffel den Herder (adviseur bij Ceres Horti Advice) en teeltadviseurs van de afnemer waren present.
Interessant was dat beide telers een iets andere teeltwijze toepassen: bij Van Wijk stond de spinazie op 25 centimeter, waar dit bij Wierda Hekma 30 centimeter was. In de korte teeltperiode van spinazie — circa zes weken — moet alles kloppen: voldoende (maar niet teveel) warmte, voldoende vocht en een goede bemesting, zodat het gewas zonder onderbrekingen doorgroeit. Het voordeel van een korte teeltperiode is dat er tijd is voor een goede voorbereiding. Voorafgaand aan de teelt kan het onkruid opgeruimd worden, waarna een prima groenbemester ingezet kan worden.
Oogstmachine in actie
Op beide locaties stond de spinazie er goed voor. Duidelijk werd dat zelfs licht structuurbederf onmiddellijk terug te zien is in het gewas.
Bij Hekma Wierda werd tijdens de veldbijeenkomst geoogst, wat leidde tot boeiende discussies. De maaibalk kan op een bepaalde hoogte ingesteld worden, afhankelijk van waar de spinazie voor gebruikt gaat worden. Zo is er een verschil in maaihoogte tussen spinazie als bladgroente op bijvoorbeeld pizza of als spinazie à la crème. Als de teler dieper maait, oogst hij meer volume, maar bevat dit meer stengels. De kwaliteit is hierdoor minder, waardoor de oogst in dit geval voor minder geld per kilogram verkocht kan worden. Het is een subtiel spel, waarbij onderling vertrouwen een grote rol speelt.